Categorieën
Einde Krachtig schrijven

Het belang van dat éne moment

Veel verhalen draaien om één cruciaal moment, om dat ene moment waarop het kwartje valt, dat ene moment waarop de stoel onder een personage wordt weggetrokken, dat ene moment waarop het beeld bevriest.

Volgens mij bereik je als schrijver niet dat moment door alsmaar verder te gaan totdat je er vanzelf wel komt. Want wanneer moet je verhaal dan stoppen met verdergaan? Verdergaan is iets waar geen einde aan hoeft te komen.

Ik denk dat een verhaal in plaats daarvan steeds dieper gaat. Met het verstrijken van de tijd krijgt een verhaal als het goed is steeds meer diepte. En het stopt als je de bodem raakt, als je niet dieper kan. Ieder verhaal heeft een potentiële diepte, en als verhalenschrijver wil je die bodem te bereiken.

Op de bodem van het verhaal ligt het ‘cruciale moment’ op je te wachten. Dat moment wordt ook wel een ‘epifanie’ genoemd: een ogenblik van verlichting of verschrikking. De bedrieger beseft dat hij zelf wordt bedrogen. De gezelligheidsdrinker beseft dat de drank hem stuk maakt (maar schenkt er toch nog eentje in). De moeder die voor haar kinderen zorgt omdat die niet voor zichzelf kunnen zorgen, schrikt terug van het idee dat haar kinderen niet voor zichzelf kunnen zorgen juist doordát zij steeds voor ze zorgt.

Maar ook al zou je het willen: je kunt het verhaal niet beperken tot de epifanie. Je kunt niet alleen de bodem laten zien. Er is een context nodig, een inbedding. Wat dat aangaat is ieder verhaal een compromis. Er moet eerst tijd verstrijken om een gevoel van diepte over te kunnen brengen. Het proces van het wegzakken in moeras, in de diepte, hoort erbij. Het stelt de lezer de lezer in staat de de bodem met een klap te raken.

Graag hoor ik hoe jij tot een cruciaal moment in een verhaal komt. Ken je het al voordat je gaat schrijven? Of dient het zich tijdens het schrijven aan? Of misschien houdt dat cruciale moment je niet bezig en werk je op een andere manier?

Door Ton Rozeman

Schrijver en docent creative writing. Publiceerde verhalenbundels (longlist Ako en Libris) en het handboek 'Korte Verhalen Schrijven'. Zijn meest recente bundel is 'Wat ik van liefde weet'.

5 reacties op “Het belang van dat éne moment”

Ton, ik vind je stukje zeer bruikbaar, maar ik ben van mening dat je niet altijd zo’n moment hoeft te laten komen, omdat het juist ook zeer schrijnend kan zijn om de moeder uit je voorbeeld door te laten gaan met wat ze doet, en haar het inzicht te ontzeggen, terwijl je de lezer dit inzicht wel gunt.
Verder had ik nog nooit nagedacht over deze “epifanie” en ik vind je stukje dan ook erg handig.

De mooiste verhalen vind ik die, waarbij dat cruciale moment buiten de tekst ligt: het moment waarop de lezer, tijdens of na het einde van het verhaal, na erover *nagedacht* te hebben, beseft wat er nu eigenlijk is aangeboord in dat verhaal. Dat is ideaal voor korte verhalen, want je hoeft dat moment niet te beschrijven, je hoeft “slechts” de stukken op de juiste plaats te zetten.

Het wordt niet altijd gewaardeerd, want lezers willen vaak ontspanning en niet nadenken. Ze willen dat er klip en klaar in het verhaal staat hoe het in elkaar zit. Hun eigen epifanie telt minder dan hetzelfde bij een van de personages: dat het kwartje bij hen moet vallen en niet (zoals beschreven door de schrijver) bij een personage is soms hogere wiskunde. Dat bij jouw het kwartje moet vallen om te begrijpen waar in het verhaal het kwartje van het personage viel, is al snel veel te ingewikkeld.

Een valkuil van de techniek kan zijn dat de lezer er een andere epifanie heeft dan de schrijver in gedachten had.

Het onbevredigende gevoel van de recreatieve lezer is deels te ondervangen door die epifanie buiten een tekst te plaatsen, en in de tekst een ander (samenhangend) verhaal te vertellen met een epifanie op een ander, meer basaal niveau (dat van de personages).

Een voorbeeld van een epifanie buiten het verhaal vind ik Siones Duizend Woorden verhaal.

Het cruciale moment, of ‘de bedoeling van al die woorden’ komt bij mij pas tijdens het schrijven, en dan vaak ook nog eens op een totaal onverwacht moment. Vaak slaat het me als een kletsnatte doek op mijn wang en ben ik er beduusd van. Verhalen gaan hun eigen gang met mij, ook al ben ik zelf degene geweest die de deur open heeft gezet. Echter, zodra ze (de aanstaande verhalen) zich in mijn huis/hoofd begeven, zoeken ze hun eigen weg en kan ik niet anders dan hen volgen in hun tocht naar waar ze het lekkerst liggen of de meeste pijn hebben.

Reacties zijn gesloten.